Delft zet de deuren wagenwijd open voor kennisbedrijven. De gemeente ziet graag nieuwkomers en bedrijven van buitenaf zich in de stad vestigen. Wat doet Delft om dit te bewerkstelligen? Tijd voor een rondetafelgesprek.
Om tafel zitten Louis Roxs van Delft Technology Partners (DTP), Menno Rubbens van cepezed projects en Guido Sluijsmans van het mobiliteitsbedrijf SD-Insight. Plaats van handeling: het pand van architectenbureau cepezed aan de Ezelsveldlaan in Delft.
Delft ademt met toonaangevende instituten en bedrijven als de Technische Universiteit (TU) en TNO technologie. Hoogwaardige technologie is het element waarmee Delft zich kan onderscheiden van andere steden. “Een derde van de 48.000 banen gaat om kenniswerk,’’ zegt Louis Roxs. En meer dan 25.000 TU-studenten en hogescholen zorgen voor een constante toestroom van ondernemend toptalent.
Roxs zit namens de gemeente in Delft Technology Partners, een samenwerking tussen gemeente en TU Delft die anderhalf jaar bestaat. Hij houdt zich bezig met het vermarkten van Delft. Het talent en de kennis die de stad in huis heeft, zijn de belangrijkste unique selling points. Delft Technology Partners helpt vestigingskandidaten bij het vinden van huisvesting en contacten. “Ondernemers die zich komen vestigen, moeten Delft ervaren als een warm bad.’’
Ecosysteem
Menno Rubbens is van huis uit architect. Sinds tien jaar is hij directeur van cepezed projects, het ontwikkelbedrijf gelieerd aan architectenbureau cepezed in Delft. Rubbens is goed ingebed in het Delftse. “Wij kweken in Delft een soort ecosysteem waarbinnen iedereen van elkaars bestaan afweet,’’ legt Rubbens uit. Kleine bedrijven die zelfstandig opereren verworden in Delft niet tot solitaire ondernemingen, maar worden in contact gebracht met het netwerk in Delft. “Het is belangrijk dat de bedrijven elkaar kennen. In Delft heb je snel toegang tot ondernemers. De politiek en de TU Delft zijn ook goed benaderbaar,’’ zegt Rubbens.
Uitbreiden
Roxs ondersteunt bedrijven in hun ambities. Hij legt contacten met mogelijke zakenpartners, start projecten die bedrijven helpen vernieuwingen snel door te voeren en denkt mee over uitbreidingsmogelijkheden voor bedrijven die uit hun jasje zijn gegroeid. “Wat we vooral doen is ontmoeting en verbinding organiseren die voor vernieuwing zorgen en leiden tot het succes van steden als Delft.’’
Rubbens noemt als voorbeeld het bedrijf Applikon, specialist op het gebied van bioreactoren. “Drie jaar geleden hebben wij hun pand opgeleverd. Ze zijn nu al aan het uitbreiden.’’ Hij noemt ook Hukseflux, een bedrijf dat net als Applikon wereldwijd opereert en in warmtestroomsensoren doet. Cepezed ontwikkelde het pand voor het bedrijf in Delft. “We maakten het bijna twee keer zo groot dan nodig was,’’ zegt Rubbens, “maar ze beginnen er nu al uit te groeien.”
Talent
“Bedrijven hebben ook belangstelling voor Delft vanwege het talent dat hier zit,’’ geeft Roxs aan. “Je moet goede mensen aantrekken om een succesvol bedrijf op te bouwen.’’
Guido Sluijsmans is een van de drie oprichters van het nieuwe, innovatieve bedrijf SD- Insight. Het bedrijf is in september 2015 opgericht en sinds november van dat jaar gevestigd in het pand van de Young Entrepreneurs Society Delft (Yes!Delft) voor jonge technologiebedrijven.
SD-Insight heeft technologie ontwikkeld om de rijprestaties van chauffeurs te verbeteren. Het bedrijf heeft baat bij de aanwezigheid van zoveel talent binnen handbereik. Met name studenten Lucht & Ruimtevaart en Civiele Techniek meldden zich toen het bedrijf stagiaires zocht. “Wij zijn de enige Delftse start-up in mobiliteit waar zij hun kennis in de praktijk kunnen brengen.’’ Zo profiteren ondernemer en studenten van elkaar.
Ervaringsuitwisseling
De gemeenschap is belangrijk om ervaringen uit te wisselen, voert Sluijsmans aan. “Wij willen groot worden door klein te blijven.’’ Het betekent dat het bedrijf het personeelsbestand niet uitbreidt, maar samenwerkt met andere innovatieve bedrijven. Daarvoor is het handig te weten hoe de ervaringen zijn met ondernemingen waarvoor hij interesse heeft om mee te werken. Toegelicht: “Wij zijn in gesprek met een organisatie die duizenden voertuigen heeft. Wij leasen onze sensoren en werken samen met partners om ze in te bouwen.’’ Met drie man is het moeilijk duizenden sensoren inbouwen. Het personeelsbestand uitbreiden is nu nog geen optie. Dus komt het aan op samenwerken. In het netwerk hoort Sluijsmans over ervaringen van anderen met bedrijven, waardoor hij zich goed kan oriënteren.
Vastgoed
Het doorlopend fluctueren van bedrijfsgrootte zoals Sluijsmans schetst, is een nieuwe trend, constateert Roxs. Een interessant gegeven voor de vastgoedwereld stelt hij.
Rubbens kent het fenomeen -‘een klassiek probleem’-, bestudeerde het en heeft oplossingen in huis. Zo werkt hij aan gemakkelijk verplaatsbare gebouwen van lichte grondstoffen, die ook probleemloos van functie kunnen veranderen. “Bij deze manier van bouwen gaat het om de intrinsieke waarde van het gebouw. Die staat los van de locatie en van de huurder,’’ zegt hij. Concreet noemt hij het circulaire gebouw van de tijdelijke rechtbank in Amsterdam. “Dat wordt zes jaar in gebruik genomen. Daarna moeten wij het demonteren en meenemen. Dit gebouw kan je makkelijk elders neerzetten, ofwel remonteren.’’ Volgens hem wordt deze manier van bouwen een belangrijk onderdeel van het herontwikkelen van vastgoed. “Het vergt alleen een andere mind-set over het verdienmodel.’’
Behalve remontabel, moet het moderne pand ook makkelijk van functie kunnen wisselen, volgens Rubbens. “Cepezed ontwierp een nieuw kantoor en laboratorium voor DSM in Delft. Het pand heeft een bepaalde verhouding van laboratoria en kantoren. Maar over vier jaar kan de behoefte heel anders zijn,’’ schetst hij. Daarom is het pand zo ontworpen dat kantoren makkelijk tot laboratoria kunnen worden omgebouwd en andersom. Het pand heeft daarmee een adaptief vermogen om toekomstige ontwikkelingen te faciliteren.
Het juiste ecosysteem, het aanwezige talent, kennisinstellingen en bedrijven, zorgen ervoor dat Delft de tech-hoofdstad van Nederland is.
