CBRE is een gevestigde naam op de vastgoedmarkt, gespecialiseerd in kantoren, industrieel-, logistiek-, retail- en residentieel onroerend goed. Onlangs is het team van CBRE in Den Haag onder City Leader Hiddo Kettenis en Michiel Swart als Associate Director uitgebreid met de komst van Tom van Noort en Boudewijn van der Reijden. Business Haaglanden spreekt met het nieuwe team in Den Haag over de gevolgen van de coronacrisis op de vastgoedmarkt.
Hoe ziet het multidisciplinaire team van CBRE Den Haag er uit?
Hiddo: “Toen ik in augustus verantwoordelijk werd voor het regiokantoor, is het kernteam gelijk versterkt door de komst van Michiel Swart, Tom van Noort en Boudewijn van der Reijden. Dit kernteam werkt in ons regiokantoor samen met alle disciplines binnen CBRE, omdat de multidisciplinaire aanpak één van de pijlers van onze dienstverlening is. Michiel Swart en Boudewijn van der Reijden richten zich daarbij op advisering van verhuurders en Tom van Noort adviseert gebruikers van commercieel vastgoed.”
Wat is de impact van corona op de vastgoedmarkt?
Michiel:‘De coronacrisis heeft onder andere tot gevolg dathybride werken het nieuwe werknormaal is geworden. Werknemers kunnen nu zelf bepalen waar ze wat doen. Dat leidt tot een andere relatie tussen leidinggevenden en hun medewerkers. De uitdaging voor managers van bedrijven en organisaties is hoe de balans tussen productiviteit van hun medewerkers te bewaken én hun onderlinge sociale verbinding te bewaren.’
Wat betekent deze verandering voor CBRE?
Michiel: ‘Wij hebben nagedacht over wat hybride werken betekent voor de rol en omvang van het kantoor. CBRE gelooft dat een succesvolle implementatie van hybride werken berust op vier pijlers: WAAR, WAT, WIE en HOE. Organisaties zullen moeten bepalen WAAR het werk gedaan kan worden, WAT er te doen valt en welke mate van interactie dat vereist, en WIE het meest gebaat is bij aanwezigheid op kantoor. En ten slotte de overkoepelende vraag: HOE dragen werkplekken bij aan de bedrijfsdoelstellingen, bedrijfscultuur en samenwerking tussen medewerkers? Kortom: een succesvolle implementatie van hybride werken begint bij het inzicht in de unieke behoeften van de organisatie en van haar medewerkers. Daarna volgen pas de beleidsstrategieën voor werkplekken en medewerkers.
Hoe kijken organisaties en hun medewerkers naar hybride werken?
Tom: ‘De coronapandemie heeft onder andere aangetoond dat medewerkers en organisaties het erover eens zijn dat verschillende taken het beste kunnen plaatsvinden in verschillende soorten ruimtes. Dit vraagt om kantoren die genoeg toegevoegde waarde bieden, zodat medewerkers het kantoor verkiezen boven de virtuele werkomgeving. Het kantoor zal dus meer dan ooit gericht zijn op de wijze van gebruik.
Wat betekent dat in de praktijk?
Boudewijn: ‘We moeten goed kijken naar de fysieke én de virtuele werkomgeving van de medewerkers. De fysieke omgeving blijft belangrijk om mensen bij elkaar te brengen voor samenwerking en verbinding, en om je onderdeel te voelen van de bedrijfscultuur. Tegelijkertijd wordt de virtuele werkomgeving gezien als een goed alternatief voor het kantoor – in ieder geval voor een deel van de tijd.Virtueel werken kan de productiviteit van medewerkers stimuleren en biedt hen ook de flexibiliteit om hun werk in balans te brengen met hun doelen en ambities daarbuiten.’