9.2 C
Den Haag
zondag, november 17, 2024

Column Raymond de Mooij – Een miskoop op Tenerife

Onze edities

Louk en Mia van Driel waren energieke zestigers. Na een leven van hard werken hadden zij nu de pensioengerechtigde leeftijd bereikt. Maar de ‘gouden jaren’ waren voor mijn cliënten niet al te best begonnen. Het echtpaar zat tegenover mij en maakte een nerveuze, aangeslagen indruk. “U moet weten,” begon Mia van Driel haar verhaal, “wij komen al een jaar of dertig op Tenerife. Het is een heerlijk eiland. Aardige bevolking, altijd goed weer, lekker eten.” Haar echtgenoot knikte bevestigend. “Vorig jaar zijn wij op het strand de Hagenaar John Pelgrim tegengekomen. We hebben een paar keer samen geluncht en raakten bevriend.” De heer Pelgrim bleek een projectontwikkelaar te zijn, die op het eiland een groot aantal vakantievilla’s had laten bouwen. Het toeval wilde dat er nog één te koop was. Louk van Driel: “John heeft ons de villa laten zien. Het was een schitterend huis, vlak aan zee en met een groot zwembad. Mia en ik waren meteen verliefd.” Het stel was de volgende dag nog eens langs gegaan en had toen de knoop doorgehakt. “We hebben de woning gekocht voor €700.000,-, een relatief laag bedrag”, vertelde Mia.

Maar terug in Den Haag lazen mijn cliënten in de krant dat de Spaanse Minister van Milieu had besloten om de wet ‘Ley de Costas’ voortaan stipt te zullen naleven. Die wet was er ter bescherming van de kustlijn.  Mia van Driel had tranen in haar ogen. “En nu blijkt ons huis op grond van die wet onteigend en gesloopt te worden. Het is een regelrecht drama. We hebben twee weken geleden de koopsom aan John Pelgrim betaald.” Telefoontjes van mijn cliënten aan de verkoper hadden weinig opgeleverd. “Pelgrim was opeens niet meer zo aardig”, vertelde Louk van Driel. “Het was ons probleem, zei hij. We moesten maar een rechtszaak tegen de Spaanse overheid beginnen.” Louk en Mia van Driel vroegen mij actie te ondernemen. Zij waren ervan overtuigd dat Pelgrim had geweten van de op handen zijnde onteigening en hen er had ingeluisd. Ik schreef de man een brief waarin ik namens mijn cliënten de koopovereenkomst vernietigde op grond van dwaling c.q. bedrog en de koopsom terugvorderde. Een schriftelijke reactie van de hand van advocaat Mr. Kriegel volgde snel. Van dwaling of bedrog zou geen sprake zijn. John Pelgrim had niet van de onteigening geweten en de familie Van Driel had zich maar beter moeten informeren. Het echtpaar was witheet. Drie dagen later liet ik beslag leggen op de riante vrijstaande woning van Pilgrim in Kijkduin. En er werd een dagvaarding betekend waarin betaling van € 700.000,-, vermeerderd met rente en kosten werd gevorderd. In een twintig pagina tellende conclusie van antwoord betoogde Mr. Kriegel opnieuw dat zijn cliënt zich van geen kwaad bewust was en dat er ‘geen enkele reden was waarom terugbetaling van de koopsom opportuun zou zijn’. Ondertussen had ik recherchebureau Sherlock Inc. ingeschakeld en gevraagd op Tenerife onderzoek te doen. De rechtbank Den Haag bepaalde een comparitie van partijen, mevrouw Mr. Perquin was de behandelend rechter-commissaris. Op de ochtend van de zitting kwamen de bevindingen van Sherlock Inc. binnen.

“Mijn cliënt John Pilgrim is een alom gerespecteerd en integer zakenman”, oreerde Mr Kriegel tijdens de comparitie. “Hij heeft naar eer en geweten een transactie gesloten met de heer en mevrouw van Driel. Dat vervolgens een Spaanse minister besluit om tot sloop van honderden woningen over te gaan, is niet aan mijn cliënt tegen te werpen. Ten tijde van de transactie wist hij van niets.” Rechter Perquin vroeg mij te reageren. “In het aan mijn pleitnota gehechte onderzoeksrapport staat vermeld dat de heer Pilgrim drie maanden voor de verkoop een onderhoud heeft gehad op Tenerife met de burgemeester van Santa Cruz. Gespreksonderwerp is de voorgenomen onteigening geweest. Tevens is geconstateerd dat John Pilgrim vervolgens in een tijdsbestek van een paar weken zijn volledige vastgoedportefeuille op Tenerife tegen bodemprijzen van de hand heeft gedaan”.

Mr. Perquin richtte zich tot Mr. Kriegel en zijn cliënt. Beide heren keken strak voor zich uit en hielden hun mond.  De rechter wist genoeg en sloot de zitting: “Uitspraak over zes weken”.

De namen van de betrokkenen zijn gefingeerd.

 

Laatste nieuws

Een nieuwe toekomst als zelfstandig gerechtsdeurwaarder voor Robbert-Jan Brugman

“Persoonlijke benadering, afspraak is afspraak, een optimale bereikbaarheid en niet in de laatste plaats laagdrempelig. We zijn klaar voor...

Lees ook..