Cassatieadvocaat en partner Jos Zevenberg en advocaat partner Maurits Assink van AantjesZevenberg Advocaten zijn specialisten in het arbeidsrecht. Ze hebben er hun handen vol aan. Ook in deze tijden van personeelsschaarste.
Voor Assink en Zevenberg is er altijd wat te beleven. Hoewel het nu niet de tijd is van grootschalige reorganisaties, zijn de arbeidsrechtadvocaten nauw betrokken bij het opstellen van sociale plannen. Bedrijfseconomische reorganisaties gaan gewoon door, zeggen zij. “En ontslagzaken zijn van alle dag,’’ zegt Assink. “Ook nu het moeilijker is personeel te vinden.’’
De advocaten treden landelijk op voor het MKB tot beursgenoteerde bedrijven en hebben te maken met verschillende cao’s. Hun kantoor is gevestigd in een klassiek pand aan de Haagweg in Rijswijk.
Beweging
Het arbeidsrecht is voortdurend in beweging. Grote ingreep was de invoering van de Wet Werk en Zekerheid (WWZ) in 2015. Deze ontslagrechtwijziging heeft enorme gevolgen voor werkgevers. Dat werkt door op het werk van de arbeidsrechtadvocaten, zeggen zij in de ontvangstruimte op de eerste verdieping.
Waar het ontbinden van een arbeidsovereenkomst vrij soepel kon, is dat sinds 2015 passé. “De grondenleer is enorm verzwaard. Een gruwel voor werkgevers,’’ stelt Zevenberg.
“Voor de WWZ zijn intrede deed, werd 90 procent van de ontbindingszaken toegewezen. Sinds de WWZ moeten werkgevers heel concreet aantonen op welke grond een arbeidsovereenkomst moet worden ontbonden,’’ schetst Zevenberg het probleem.
“Bij disfunctioneren als ontslaggrond, wordt 84 procent afgewezen,’’ zegt Assink.
De advocaten zijn er om die afwijzing te voorkomen. “Wij zijn lang betrokken bij het proces. Het is belangrijk een dossier op te bouwen. Je moet bijvoorbeeld laten zien dat alles is gedaan om het functioneren van de werknemer te verbeteren,’’ aldus Zevenberg.
Het beste moment om een arbeidsrechtadvocaat in de arm te nemen, is zodra een probleem de kop opsteekt. “Wij kunnen dan van meet af aan souffleren,’’ legt Assink uit.
De helft van de ontslagzaken is gebaseerd op grond van verstoorde arbeidsverhoudingen. “Maar je moet wel aantonen dat het gaat om een duurzame verstoring van de arbeidsverhouding,’’ aldus de arbeidsrechtspecialist.
Cassatie
Door de WWZ kunnen werknemers na het hoger beroep in cassatie gaan. Het gebeurt regelmatig dat werknemers doorprocederen tot aan de Hoge Raad zegt Assink. “De uitspraak in hoger beroep en daarna van de Hoge Raad, volgt meestal na drie, vier jaar. Werknemers hebben met deze mogelijkheid een instrument in handen dat zij gebruiken in de onderhandelingen: Ze schermen met een lange procedure. De werkgever moet wel loon doorbetalen. De druk voor een goede regeling wordt daarmee groot.’’
Zevenberg benadrukt: “Ons uitgangspunt is de zaken te regelen voor een procedure bij de rechter begint.’’
Met 33 jaar praktijkervaring weet hij precies hoe hij conflicten oplost. Daarnaast behandelt de cassatieadvocaat ook de complexe zaken die voor de Hoge Raad komen.
Corona-nasleep
Een periode met nieuwe vragen voor de arbeidsrechtadvocaten breekt aan in de nasleep van de coronacrisis. Zevenberg weet waarmee werkgevers worstelen. Kan een werkgever bijvoorbeeld eisen dat een werknemer naar kantoor komt, nu thuiswerken een advies is? En hoe ga je als werkgever om met ongevaccineerde werknemers? “Een werkgever moet een veilige werkvloer bieden. Hoe doe je dat, als je met principiële weigeraars zit?’’ werpt Zevenberg op.
Wetgeving daarover ontbreekt. De advocaten vinden het de hoogste tijd voor een politiek besluit. Komt er wetgeving over de omgang met ongevaccineerde werknemers, dan weten Assink en Zevenberg daar snel raad mee.